Home
Home

Zoek een persoon
Personen

Zoek een schip
Schepen

Overzichten

Contact

Bronnen

Maten

Retour
Het schip
Baltic (1871)
Veendam (1888)
 
Meer informatie over dit schip
Het viermast stoomschip Veendam (ex Baltic) dezer dagen door de N. A. S M. aangekocht, is van Liverpool te Rotterdam aangekomen. Van hetzelfde type als de Rotterdam en Amsterdam, onderscheidt dit stoomschip zich van deze, behalve door grootere afmetingen, door een belangrijk meerder stoomvermogen, zoomede door een veel grootere inrichting voor passagiers.
De Standaard, 18-10-1888

Londen, 1 Jan.
Het Ned. stoomschip Veendam, van Rotterdam te New York aangekomen, heeft zwaar weer gehad en lichte schade aan het dek bekomen.
Het nieuws van den dag: Kleine Courant, 03-01-1889

Het stoomschip „Veendam" der Nederlandsch-Amerikaansche Stoomvaart-Maatschappij, heeft, zooals wij reeds onder onze scheepstijdingen mededeelden, zware uit het zuid-westen te doorstaan gehad. Door de daardoor veroorzaakte hooge zee werd eenige schade aan de brug en een boot veroorzaakt en werden twee zeelieden zoodanig verwond dat een van hen aan de gevolgen overleden is.
Rotterdamsch Nieuwsblad, 14-01-1889

Hedenvoormiddag is op het stoomschip „Veendam" der N. A. S. M., liggende in de Koningshaven te Feijenoord, een ketting gebroken en werd de lierdrijver door een touw, waaraan een last van ongeveer 500 kilogr. hing en dat door het breken der ketting los geraakte, tusschen de in werking zijnde stoomlier geslagen, waardoor hij ernstig aan het hoofd werd verwond. Na voorloopig geneeskundig te zijn behandeld, werd hij per rijtuig naar het ziekenhuis vervoerd.
Rotterdamsch Nieuwsblad, 07-08-1889

Als een bewijs van den uitstekenden toestand van den Nieuwen Waterweg kan dienen, dat het stoomschip Veendam, van de Nederl. Amerikaansche Stoomvaart-Maatsch., Zaterdag ll, van Rotterdam naar New York vertrokken met en diepgang van 72 decimeter, in ruim 1½ van Rotterdam af in zee was, niettegenstaande het bijna 2 uur na hoogwater aan den Hoek van Holland was.
De Maasbode, 14-08-1889

Het gerucht, dat hier ter stede de ronde doet, als zou het stoomschip „Veendam" van de Nederl.-Amerik. Stoomvaart- Maatschappij, op de terugreis van New York Zaterdag een ongeluk overkomen zijn, blijkt geheel uit de lucht gegrepen te zijn. Bij de directie der Maatschappij is van een ongeval niets bekend. De „Veendam"is Donderdag van New York vertrokken en wordt dus in 't begin der volgende week in 't Kanaal verwacht.
Rotterdamsch Nieuwsblad, 03-09-1889

Eene kloeke daad van den weesjongen uit het gereformeerd burger weeshuis te Utrecht C. N. J. Lettinck, oud 18 jaar, stuurmansleerling aan boord van het stoomschip Veendam, op de reede van New York, wordt in de Duitsche en Engelsche bladen in N.-Amerika vermeld.
Bij aankomst van genoemd stoomschip te New York, viel een knaapje van 5 jaar over boord, genaamd P. Raeuf, met het hoofd tegen het schip. Zonder zich een oogenblik te bedenken, sprong C. N. J. L. geheel gekleed in zee; eene dreg werd hem toegeworpen, en hij had het geluk, den bewusteloozen knaap van een anders gewissen dood te redden.
Na eenige oogenblikken had men het genoegen, het knaapje weder tot bewustzijn te brengen en C. N. J. L. had met een nat pak en gescheurde kleeren de zelfvoldoening, door zijn flink gedrag het kind weder aan zijne beangstigde ouders terug te geven.
Leeuwarder Courant, 12-12-1889

Het stoomschip Veendam heeft beneden Delfshaven eene tjalk aangevaren, welke is gezonken.
Het nieuws van den dag: Kleine Courant, 16-12-1889

Naar men verneemt heeft de rechtercommissaris bij de rechtbank alhier, eene instructie geopend omtrent de aanvaring van het stoomschip "Veendam" met eene te Vlaardingen thuis behoorende schuit, waarbij de knecht aan boord van laatstgenoemd vaartuig verdronk.
Rotterdamsche Courant, 20-12-1889

IJsberg. (Rotterdam 14 Jan.)
De gezagvoerder van het stoomschip Veendam, van New York alhier binnen, rapporteert den 6den Jan., op 45° 16' Nbr. en 48° 23' Wl, een grooten ijsberg te zijn gepasseerd, lengte plm. 300 a 400 voet, hoogte plm. 150 voet.
Algemeen Handelsblad, 16-01-1890

Gisteren-middag viel een sjouwer uit den mast van het stoomschip Veendam aan de Nassaukade te Rotterdam. Hij werd naar het Ziekenhuis vervoerd, maar is kort daarop overleden.
Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche Courant, 31-03-1890

Uit Rotterdam bericht men ons: Het tot de N. A. S. M. behoorende stoomschip Veendam heeft Zaterdag een proeftocht gedaan, die in alle opzichten goed geslaagd is. De stoomketels werden vernieuwd aan de fabriek te Fijenoord en de machines veranderd in een van tet triple compoundstelsel. Op den tocht leverden de ketels overvloedig stoom, terwijl de machine 3250 indicateur paardenkrachten ontwikkelde. Aan het contract, waarin 3000 I. P. K. werd voorgeschreven, is dus ruim voldaan. Na een tocht van 9 uren in de Noordzee werd het stoomschip weder naar de Nassaukade gebracht, om aldaar te worden gereed gemaakt voor het vertrek op 5 Juli.
Algemeen Handelsblad, 01-07-1890

Een geval van pokken deed zich voor bij de inscheping der landverhuizers aan boord van het stoomschip Veendam op 25 Mei 1889, bij een ongehuwd man, die in het Ziekenhuis alhier is verpleegd en later naar zijne bestemming vertrok.
Het nieuws van den dag: Kleine Courant, 21-07-1890

Het stoomschip Veendam, dat Zaterdagmiddag uit Rotterdam moest vertrekken voor de reis naar New York, heeft twee malen in de Koningshaven aan den grond gezeten; het liep met den voorsteven in den wal en verbrijzelde gedeelte der gording, doch is met behulp van drie sleepbooten vrijgekomen en te ongeveer vier uren naar zee opgestoomd.
De Zuid-Willemsvaart, 21-08-1890

De Veendam, van New York naar Rotterdam, blijft voorgaats van den Nieuwen Waterweg, dewijl het in den Nieuwen Waterweg het aan den grond zittende stoomschip Spaarndam niet kan passeeren. Zij heeft hare passagiers per sleepboot Nieuwersluis naar het Handelsterrein te Feijenoord gezonden, die aldaar in welstand zijn gearriveerd.
Arnhemsche Courant, 19-09-1890

Veendam. ( Maassluis 10 Dec.)
Het stoomschip Veendam, van New York naar Rotterdam, is op het Zuiden aan den grond gevaren.
Algemeen Handelsblad, 11-12-1890

Rotterdam, 11 Dec.
Het stoomschip Veendam is hedennacht met behulp van sleepbooten vlot gekomen en naar hier opgestoomd.
De Maasbode, 13-12-1890

Maassluis, 28 Maart.
Het stoomschip Veendam, van Rotterdam naar New York, is bij Vlaardingen aan den grond geloopen.
De Tijd, 30-03-1891

New York 30 Mei.
De reederij van het SS. La Flandre heeft der Ned. Amerik. Stoomv. Mij een proces aangedaan, ter verkrijging van bergloon van het SS. Veendam, welk stoomschip wegens een gebrek aan den aanzetttoestel 2 dagen door het SS. La Flandre werd gesleept.
Algemeen Handelsblad, 31-05-1891

New York, 7 Juni.
De rechtbank heeft de eigenaars van het stoomschip „La Flandre" 1500 dollars toegestaan voor verleenden bijstand aan de „Veendam".
Haagsche Courant, 09-06-1891

New York, 19 Juni. De reparatie-kosten van het Ned, stoomschip Veendam, worden in het geheel door experts geschat op $ 22000.
Rotterdamsch Nieuwsblad, 03-07-1891

Een uitmuntend voorbeeld van machinistenbekwaamheid werd in de Engineer beschreven, in verband met de tijdelijke reparatie der as van het aan de Nederl. Amerikaansche Stoomvaart-Maatschappij toebehoorende stoomschip Veendam, op zijn laatste reis van Rotterdam naar New York.
Het ongeluk, dat op Vrijdag 15 Mei in het midden van den oceaan plaats had, bestond in het breken der tunnelas, het vernielen van een der metalen en het beschadigen van het collarblok. De breuk in de as was 21 Eng. duim lang. De as is 16½ Eng. duim in middellijn, 22½ voet lang en weegt ongeveer 10 ton.
Toen de breuk plaats had, bleef het gedeelte as tusschen de breuk en de stoommachine doordraaien en werkte als een spie het achterste gedeelte der as terug, waardoor een kussenblok en twee koppelingen braken en het collarblok beschadigd werd. De as werd opgestut, de gebroken houten der koppelingen werden herplaatst, en een toestel, bekend als „Thompsons koppeling", voor zulke gevallen in het ruim van het schip medegevoerd, werd aangebracht. Dit toestel bestaat uit een soort buis uit drie deelen, in het midden met eene verwijding om ook de gewone flenskoppeling in te kunnen sluiten.. Deze deelen zijn voorzien van flenzen met boutgaten en worden met zware bouten om de as geklemd. De moeilijkheid om dit werk uit te voeren zal begrepen worden, wanneer men bedenkt, dat in de tunnel slechts ruimte voor vier man was om te werken. Drie dagen had men noodig om de verbinding samen te stellen.
De machine werd daarna „zacht aan" in beweging gebracht, maar na zeven uren stoomens brak door het zwiepen der as de punt af, acht der koppelbouten sloegen eruit en de koppeling scheurde. De machine werd wederom gestopt en het verbindingswerk der gebroken as samengehaald en versterkt met zware kettingen en staaldraad.
De kettingen en het staaldraad werden rond de koppelingen gewikkeld en zoo stijf mogelijk aangezet. Houten keggen werden tusschen den ketting en de koppelingen gedreven en oefenden een druk op de koppeling uit, welke voldoende was om de noodige wrijving te verkrijgen, ten einde de schroef te doen draaien. Met de as aldus hersteld, zette het stoomschip de reis onder verminderde vaart voort naar New York, alwaar het op 27 Juni behouden aankwam. De eigenlijke oorzaak der breuk in de as kan, alvorens die ter reparatie uitgenomen is, niet vastgesteld worden. De schroef kan in aanraking gekomen zijn met een onder water drijvend voorwerp; ook kan er eene scheur in de as geweest zijn. Hoe dit ook zij, aan kapitein Roggeveen en aan den eersten machinist E. H. G. Savonaye is alle eer verschuldigd voor het behouden binnenbrengen van het stoomschip Veendam in de haven van bestemming. Met minder ervaren machinisten had het schip verloren kunnen worden.
Het nieuws van den dag: Kleine Courant, 14-07-1891

Kapt. Stenger, gezagvoerder van het ss. Veendam, rapporteert des avonds ten 5 u. 17 m. tijdens Noordwestelijken storm en hooge zee op 49° 35’ Nb. en 20° 1’ Wl. op een onder water drijvend wrak of wrakstuk te hebben gestooten, dat vermoedelijk een gat in den bodem en de as heeft gebroken.
Niettegenstaande aanhoudend pompen nam het water in het schip toe en werden de booten gereed gemaakt, dewijl het achterschip begon weg te zakken. Ten 1 u. 30 min. na middernacht werden de lichten van een stoomschip ontdekt, dat de seinen van de Veendam beantwoordde en bleek het ss. St Louis te zijn, van Southampton bestemd naar New York. Met drie booten van de St. Louis en eene boot van de Veendam begon men ten 1 u. 43 m. de passagiers en equipage van het zinkende stoomschip op de St. Louis over te brengen, terwijl men op de Veendam aanhoudend bleef pompen.
Niettegenstaande de groote moeielijkheid door de hooge zee, waren allen veilig ten 4 u. 53 m. op de St. Louis overgebracht. Bij het vertrek van de laatste boot bemerkte men, dat het achterschip van de Veendam snel wegzakte. Dewijl het ss. een gevaarlijk voorwerp voor de scheepvaart is, bepaalde men de juiste ligging van het wrak en bevond men, dat het lag op 49° 19’ Nb. en 19° 47’ W.L.. De passagiers en equipage werden aan boord van de St. Louis op de vriendelijkste wijze ontvangen en op de zorgvuldigste wijze verpleegd.
Kapt. Randle van de St. Louis rapporteert, dat twee zijner booten tweemaal heen en weder voeren en ééne boot viermaal. Tezamen werden aan boord van de St. Louis gebracht 9 kajuits- en 118 tusschendeks-passagiers en 83 man der equipage van de Veendam. Door het stooten tegen de zijden der hevig slingerende schepen leden de booten nogal schade.
Kapt. Randle getuigt, dat door Kapt. Stenger en de officieren van de Veendam de volmaakste orde aan boord werd gehandhaafd en dat zij met de grootste bekwaamheid medewerkte bij de redding der opvarenden. De passagiers van de St. Louis betuigden in een adres hunne hulde aan de bemanning van de St. Louis voor de moed en de zeemanschap, beloond bij de redding der passagiers en equipage van het ss. Veendam. Volgens bericht van de directie der Holland Amerika lijn komt de equipage naar Rotterdam terug met het ss. Spaarndam, dat Zondag 13 Febr, van New York vertrok. Uit de ontvangen telegrammen wordt afgeleid, dat de Veendam, die stuurlast had, over het wrak is heengeschoven, dat daardoor het achterschip is lek gestooten, en hel schip daarna op de waterdichte schotten is blijven drijven. Schip en lading zijn, zooals reeds medegedeeld werd, door assurantie gedekt, grootendeels in Engeland. Een klein gedeelte is voor eigen risico der maatschappij. Naar wij vernemen is de Veendam op de Rotterdamsche Beurs voor f 173,000 verzekerd op behouden varen. Volgens telegrammen uit New York heeft het stoomschip Veendam tweemaal op het wrak gestooten. Door den eersten stoot werd een gat veroorzaakt bij de kiel, terwijl door den tweeden sloot de schroefas werd vernield. Daarna begon de Veendam over te hellen. De electrische speurlichten van de St. Louis bevorderden ten zeerste het reddingswerk, dat zoo kalm werd verricht, dat de meeste passagiers op de St. Louis eerst den volgenden ochtend met de schipbreuk bekend werden. Alvorens de Veendam te verlaten, beval de kapitein het schip in brand te steken, ten einde gevaar voor de scheepvaart te voorkomen. De passagiers hebben alles verloren. De tusschendeks-passagiers zullen daarom vermoedelijk door het gouvernement worden teruggezonden.
Vlaardingsche Courant, 16-02-1898