Het schip

Drie Gebroeders Sikkens (1851) Catharina Maria (1854) Ebenhaezer (1857)

 

Meer informatie over dit schip

Zaterdag is hier binnengekomen het nieuw gebouwde kofschipshol de Drie Gebroeders Sikkens; hetzelve is gebouwd op de werf van W. Bodewes, te Martenshoek, en zal, gereed zijnde, gevoerd worden door den kapitein Klaas Christiaans Camminga. Groninger courant, 08-10-1850 Op 14 januari 1853 is het schip gestrand te Egmond Aan Zee. De lading was tarwe; onderweg van Amsterdam naar Londen. Het schip is afgebracht en gaat verder als Catharina Maria. Amsterdam, 15 Jan. Den 14den dezer is tusschen Egmond Aan Zee en Camperduin gestrand het Nederlandsche Kofschip Drie Gebroeders Sikkens, Kapt. K.C. Kamminga, geladen met tarwe, komende van Amsterdam en bestemd naar Londen. De equipage, bestaande uit vier personen, is door de reddingboot van Egmond Aan Zee gered. Algemeen Handelsblad, 17-01-1853 OPENBARE VERKOOPING te Egmond Aan Zee, in het Logement de Vergulde Valk, op Maandag den 24sten Januarij 1853, vóór den middag ten tien ure, van het HOL of CASCO van het op den 14den Januarij ll. tusschen Egmond Aan Zee en Camperduin, Gemeente Schoorl, gestrande Nederlandsche Kofschip, genaamd Drie Gebroeders Sikkens, gevoerd geweest door Kapitein Klaas Christiaans Kamminga, geladen met Tarwe, komende van Amsterdam en bestemd naar Londen; benevens van de nog daarin zijnde en van ongeveer acht Last daaruit geborgene TARWE, alles door Zeewater en Zand zwaar beschadigd, en van deszelfs geborgene TUIGAGIE, bestaande in een Kabelketting, Kabeltouw, twee Ankers, een Werpanker, Zeilen, Touwwerk en hetgeen verder te koop zal worden aangeboden. Opregte Haarlemsche Courant, 21-01-1853 Kap. L. H. Draijer, voerende het schip de vrouw Geertruida, van Bordeaux naar Antwerpen, meldt van Nantes van den 11 October, dat hij den 7 dezer door storm overvallen zijnde, des nachts eene stortzee overkreeg, die de bezaanmast met het kompashuis en toebehooren, fok en kluiver, topzeil, de kleine sloep en het grootste gedeelte der boorden wegsloeg; het schip hierdoor zeer lek en ontramponeerd geworden zijnde, had hij het voor den wind naar land moeten houden en was, na veel gekapt en gesneden te hebben onder het gestadig gaan van 2 pompen, te Nantes binnengeloopen, alwaar hij zou lossen om te repareren. Rotterdamsche Courant, 25-10-1825