Home
Home

Zoek een persoon
Personen

Zoek een schip
Schepen

Overzichten

Contact

Bronnen

Maten

Retour
Het schip
Albertha Römelingh (1857)
 
Meer informatie over dit schip
Falmouth, 21 Maart.
Het Ned. schip Albertha Roemeling, kapt. Goossens, naar Genua bestemd, voor eenige dagen van hier vertrokken, is heden met verlies van zeilen en verschansingen uit zee geretourneerd.
Algemeen Handelsblad, 26-03-1861

Newcastle, 13 Sept.
De schepen Jantje, kapt. Smid en Albertha Roemeling, kapt. de Vries, zijn hier in beslag genomen; het laatste is echter weder vrijgegeven.
Algemeen Handelsblad, 17-09-1864

Delfzijl, 20 April.
Volgens telegram uit Elseneur, zijn de Nederl. schepen Eppiena, kapt. Leeuw, van Harlingen n Memel, en Albertha Romelingh, kapt. Kaizer, van hier naar Skutskär, met elkander in aanvaring geweest, waardoor eerst genoemde met gebroken achtersteven te Elseneur is binnen geloopen. Laatstgemelde heeft vermoedelijk de reis voortgezet.
Algemeen Handelsblad, 23-04-1882

Schleswich, 8 October
Den 4 October des ochtends ontving de strandvoogd te Kerkeby door een telegram van het eiland Mano [= Mandø?] het verzoek om met de reddingboot naar een op het Chore zand zittend schip te vertrekken, dewijl men op Mano geen reddingboot had. Deze werd nu snel naar Juvre gebracht, waar een reddingstation was, doch van daar was de stranding reeds ontdekt en_eene reddingboot derwaarts vertrokken. Tezelfder tijd ging ook de Deensche tolkotter van Mano derwaarts. Doch beide zijn te laat gekomen om de opvarenden te redden. Op het strand te Chore vond men drie lijken benevens de ten onderste boven geslagen scheepsboot. Een der lijken was nog niet geheel koud en beproefde men vruchteloos om de levensgeesten weder op te wekken. Het schip is vermoedelijk in den nacht gestrand en hebben de schipbreukelingen, toen zij zich met de boot poogden te redden, wellicht gedacht, dat zij dicht bij den wal waren, hoewel zij er meer dan eene mijl van verwijderd waren. Indien zij aan boord waren gebleven en den dag afgewacht hadden, zou men hen wel kunnen gered hebben. Het gestrande vaartuig was de Ned. schoenerkof Albertha Romeling, van Memel met planken bestemd naar Middelburg. (Reeds kortelijk vermeld).
Rotterdamsch Nieuwsblad, 14-10-1890