Home
Home

Zoek een persoon
Personen

Zoek een schip
Schepen

Overzichten

Contact

Bronnen

Maten

Retour
Het schip
Zwolsche Diep (1848)
 
Meer informatie over dit schip
Op de werf van den scheepsbouwmeester W.R. van Goor, heeft men heden nademiddag, in tegenwoordigheid van Heeren Reeders, de stevens opgerigt voor de te bouwen Schoener, van p.m. 120 last, welk schip, waarvan voor eenige dagen de kiel was gelegd, den naam zal dragen van het Zwolsche Diep. De teekening is vervaardigd door den Heer L. C. Ceuvel van Amsterdam, nu onlangs bekroond door de Nederlandsche Yachtclub met de gouden medaille. Dit schip zal worden gebouwd voor rekening van eene te Zwolle gevestigde Reederij, waarvan boekhouders zijn de Heeren Doijer en Kalff. Dit is het eerste van die vorm en grootte ‘t welk hier te Zwolle op stapel werd gezet, en men vleit zich alzoo dat hetzelve voltooid zijnde, derwijze aan de verwachting moge beantwoorden, dat het aanleiding geve om alhier te kunnen blijven voortgaan met het aanbouwen van dergelijke zeeschepen, daar hier beter dan elders gelegenheid tot het aankoopen van hout voor de scheepsbouw bestaat. Deze Schoener zal op de West-Indiën varen, en aan kapitein P.J. Plenzinga worden toevertrouwd.
Provinciale Overijsselsche en Zwolsche Courant, 23-03-1847

De levendigheid van onze buitenkant bij de heropening der scheepvaart, wordt niet weinig verhoogd door den nieuw gebouwden schoener het Zwolsche Diep, die gelijk de ceder op het nederig geboomte trotsch op alle omliggende koffen en veerschepen nederziet, en aan wiens toilet het vrolijk scheepsvolk bezig is de laatste hand te leggen. Bij den tegenwoordigen gunstigen waterstand wordt het vertrek van dien schoener eerstdaags te gemoet gezien, hebbende de reeders en de kapitein gisteren voor de Arrondissements regtbank alhier den bij de wet gevorderden eed afgelegd tot het bekomen van zeebrief. Tot dus verre is het nog niet beslist welke destinatie aan dit schip, hetwelk door zijnen solieden bouw en schoonen vorm, den scheepsbouwmeester den Heer van Goor, tot eer verstrekt, zal worden gegeven.
Provinciale Overijsselsche en Zwolsche Courant, 18-02-1847

Emden, 10 Mei.
Men is zeer bevreesd voor het lot van het schip liet Zwolsche Diep, waarvan het naambordje uit zee is aangedreven, temeer, daar men van de bemanning nog niets heeft vernomen. Dit schip behoort ook te Zwolle te huis; op hetzelve zijn kapitein en stuurman twee broeders.
Groninger courant, 23-05-1851

Volgens een schrijven uit Zwolle aan de Amsterdamsche Courant gerigt, was men aldaar ongerust over het lot van het schip het Zwolsche Diep, kapt. H.R. Veldhuis, voornamelijk ontstaan door het aanspoelen van het naambord. Wij zijn door eene vriendelijke hand in staat gesteld te berigten, dat genoemd schip, op den 3den Mei, behouden te Boston (USA) is gearriveerd, komende van Rotterdam.
Nieuwe Rotterdamsche Courant, 22-05-1851

Volgens brief van kapt. de Boer, voerende het schip Henriette, van Constantinopel naar Galati, in dato Sulina 7 Dec., was hij 3 dito de baar gepasseerd, doch had hij door het groote aantal binnenkomende en aldaar liggende schepen, op de rivier moeten ankeren en eenige onbelangrijke schade aan de verschansingen en het tuig der boegspriet bekomen; den volgenden nacht was het schip, wegens een spoedig opkomenden storm uit het N. O., die tot 6 dito had voortgeduurd, op den zuidoever van den Donau aan den grond vastgeraakt. In die storm waren eenige schepen op het Sulinastrand met de meeste opvarenden verongelukt, waaronder: Zwolsche Diep, kapt. Velthuis, doch was daarvan het volk gered. Kapt. de Boer wat bezig de ballast te lossen, om in vlot water te komen.
Opregte Haarlemsche Courant, 03-01-1856

Amsterdam 11 Januarij.
Veldhuis, gevoerd hebbende het schoonerschip het Zwolsche Diep, bij de baar van Sulina verongelukt, meldt van Galatz dd. 14 december, dat het ongeluk heeft plaats gehad in den nacht van 4 op 5 december. Door den hevigen storm waren dertien schepen achter de ankers weggeslagen en meerendeels op de buitengronden verbrijzeld, waarbij ruim 100 opvarenden zijn omgekomen; zijne bemanning heeft middelijk haar behoud te danken aan de buitengewoon sterke bouworde van het schip, zijnde over drie banken heen geslagen en toen nog met pompen zoo lang bovengehouden dat men het vaste strand bereikte, van waar men met eigene boot het leven heeft kunnen redden. Het schip is weg, maar van den inventaris nog een en ander geborgen.
Rotterdamsche Courant, 12-01-1856

De Nederlandsche vice-consul te Galati berigt onder dagteekening van den 15den December ll., dat bij den zwaren storm van den 5den dier maand de Nederlandsche scheepvaart de volgende verliezen heeft geleden:
het schip het Zwolsche Diep, kapitein Veldhuis, bevracht voor Amsterdam, geheel vergaan, doch de equipage gered.
Javasche Courant, 26-04-1856