Home
Home

Zoek een persoon
Personen

Zoek een schip
Schepen

Overzichten

Contact

Bronnen

Maten

Retour
Het schip
Hillechiena Wilkens (1844)
 
Meer informatie over dit schip
G. Duuring Jr., A. C. Dalen, A. van Binsbergen, J. Kolff, J. F. Sauerbier, Leonard L. Jacobson, J. Sinderam, L. J. Plemp van Duiveland, C. Suermondt Jr. en J. Boon, Makelaars te Rotterdam, zijn van meening, als last hebbende van hunne Meesters en als geautoriseerd door Heeren Assuradeuren, na gedane aangifte conform de Wet, op Woensdag den 4 December 1850, des middags ten twaalf ure, in het Huis der Notarissen, aan de Gelderschekade te verkoopen:
177 Balen Gepelde AMANDELEN, alle meerder en minder versch door Zeewater en Olie beschadigd alhier van Napels aangebragt per het Schip Hillechina Wilkens, Kapitein A. H. Karsies.
Liggende als nader bij Notitie zal worden aangewezen.
Rotterdamsche Courant, 28-11-1850

Amsterdam 11 junij.
Volgens brief van Reval, dd. 3 junij, is het Ned. schip 3 Hillechina Wilkens, kapit. A. H. Karssies, van St. Petersburg met haver naar Londen, lek, met slagzijde en met verlies van zeilen, te Baltishport binnengeloopen; moet lossen.
Rotterdamsche Courant, 13-06-1865
N.B.: moet zijn H.A. Karssies; zie monsterrollen.

Cuxhaven 30 September.
Het brikschip Einigkeit, kapt. Boon, 'twelk den 27sten dezer des avonds van hier vertrokken is, is gezonken; 4 man der equipage zijn door een Hollandsch kofschip Hillechiena Wilkens kapt. Karsies, van Noorwegen naar Termunterzijl bestemd, gered, 't welk alhier is binnengeloopen; de andere 4 man hebben zich in de groote boot begeven en konden het kofschip niet bereiken.
Nieuwe Rotterdamsche Courant, 03-10-1867

Door direoteuren der te Rotterdam gevestigde Zuid-Hollandsche Maatschappij tot redding van schipbreukelingen zijn sedert de laatst gedane mededeeling de volgende belooningen toegekend: ...
Aan kapitein H. K. Karsies, voerende het te Veendam te huis behoorende kofschip Hillechina Wilkens, de groote zilveren medaille voor de redding van 4 man der equipage van het Hamburgsche brikschip Einigkeit, op den 29 September jl. in de Noordzee gezonken.
Nieuwe Rotterdamsche Courant, 22-12-1867

Veendam, 26 Nov.
Volgens alhier ontvangen particulier berigt van kapt. Karssies, voerende het kofschip Hillechiena Wilkens, was hij sedert geruimen tijd verhinderd geweest de reis van Svinør (Noorwegen) naar Holland te kunnen aanvaarden, doch was den 10den dezer onder zeil gegaan met eene gunstige gelegenheid, [Over dezen bodem had men zich sedert eenigen trjd zeer ongerust gemaakt, hetwelk was toe te schrijven aan het slechte brievenverkeer van Noorwegen met Nederland, voornamelijk in dit jaargetijde.]
Algemeen Handelsblad, 30-11-1869

Veendam, 6 Dec.
Volgens alhier ontvangen particulier berigt van den matroos H. Hut, varende op het kofschip Hillechiena Wilkens, kapt. Karssies, alhier te huis behoorende, waren zij na op 10 Nov. jl. van Svinør (Noorwegen) te zijn vertrokken met bestemming naar Holland, wederom den 20sten daaraanvolgende uit zee teruggekeerd en in Noorwegen binnengeloopen. Het schip had met zware stormen te kampen gehad en dezelve 10 dagen doorgestaan.
Algemeen Handelsblad, 10-12-1869

Veendam 26 oct.
Volgens hier ontvangen particulier bericht is het schip Hillechiena Wilkens, kapit. H. A. Karssies, den 18den dezer zwaar lek te Leith binnengeloopen, na reeds op zijn reis van Papenburg naar Christiania tweemaal het Skagerrak bereikt te hebben.
Winschoter Courant, 30-10-1875

Rotterdam 27 Augustus.
Een gedeelte der lading van de te Snapparp verongelukte Ned. kof Hillechiena Wilkens, kapt. Karssies, van Finland naar Brake is geborgen.
Rotterdamsch Nieuwsblad, 29-08-1881

Helsingborg, 24 Aug.
De Ned. kof Hillechina Wilkens, kapt. Karssies, van Pernaviken met planken naar Brake bestemd, is Zondagochtend even benoorden Lagaans Auslauf gestrand. Het schip was Zaterdag ochtend op de reede van Elseneur ten anker gekomen, doch door stormweder brak de ketting en moest men weder naar zee gaan. De storm steeds toenemende uit het Z., begon het schip zwaar lek te worden, zoodat het den volgenden nacht reeds op de lading dreef, niettegenstaande de uit 5 man bestaande equipage aanhoudend gepompt had. Zondagochtend hield de kapt. af naar de Zweedsche kust, waar het schip te 3 uren strandde en spoedig uit elkander sloeg, nadat de equipage met groote moeite door de kustbewoners gered was. Van de lading is een gedeelte aan land gedreven.
Het Vaderland, 30-08-1881